Meevallers

Gepubliceerd op 6 mei 2025 om 20:34

Kwade Hoek, Oost- en Middelduinen. We komen er héél graag. Meest voor planten. In het voorjaar en in de winter óók voor vogels. Maar er is ook strand voor de kleine man. Rustig genoeg voor pappa, want geen horeca. Vooraf had ik wel een wensenlijstje gemaakt, maar geen verwachtingen daaraan verbonden. Eigenlijk gingen we naar het stand, maar combineerden dat met een wandeling voor pappa en mamma. 

We waren nauwelijks de auto uit, toen de eerste nieuwe jaarsoort zich luid en duidelijk aankondigde: Sprinkhaanzanger (Locustella naevia). Op de voor ons traditionele plekken voor Zomertortel (Streptopelia turtur) bleef het stil, maar de kleine man liep uitstekend mee. Nooit geweten dat zoveel pissebedden een fietspad over willen steken. Zo leer je nog eens wat.

Op het strand kwamen we nét voorbij de strandopgang, net voorbij de laatste duintjes. Dat is vlakbij de exclosure (of enclosure) voor strandbroeders, waaronder Strandplevier (Anarhynchus alexandrinus). Daar kijk ik altijd even, want doorgaans vinden we ze wel. Ik dacht wel dat ik iets zag bewegen, maar het was met slechts een verrekijker simpelweg te ver. Net als de meeste andere stelt- en strandlopers trouwens. 

Na een tijdje zandkastelen bouwen scande ik het strand nog een keer. Vlakbij een wit bolletje met een roodbruin petje. Strandplevier! Gewoon op het stand. Ver, ver buiten de enclosure. Spijt dat ik de camera in de auto had laten liggen! Klooien met telefoon en verrekijker, hoewel vooraf vaststaat dat het resultaat treurig zal zijn. Nog een keer kijken. Verderop nog een mannetje. Hey, er rennen er nog twee door beeld. Mannetje en vrouwtje. Vier strandplevieren. Meer zag ik er nooit bij elkaar. Zouden ze dan aan de andere kant van de opgang ook zitten? Ja hoor, de vijfde. Een mannetje. Zo gaaf! 

Natuurlijk hebben ze rust nodig om te broeden. Natuurlijk werkt dat niet met een strand vol badgasten en honden. Daar is die exclosure voor en die werkt. Maar ze leken zich nauwelijks iets aan te trekken van de weinige strandgangers. Ook niet als die recht op hen afliepen. Nooit zag ik ze opvliegen. Ze liepen simpelweg wat opzij. Kleine stukjes. Rustig aan. Grappig om te zien. Ook grappig om te zien dat verder niemand hen zag, de vijf (!) strandplevieren.

Op de terugweg viel de kleine man op de rug in slaap. Tijd voor een leuke omweg door een natte duinvallei. Zagen we hier niet ooit Addertong (Ophioglossum vulgatum)? Eh...ja, ergens hier? Bingo! Addertong. 

De omweg bracht ons weer door Zomertortelgebied en deze keer deed er een prachtig mee. Open en bloot, zacht koerend. Fantastische beesten. Deze of een andere vloog niet veel later recht over ons hoofd. Fantastische afsluiter.

Heerlijk dat soort dagen. Dagen waarop de dingen 'gewoon gaan'.

Strandplevier (Anarhynchus alexandrinus)

Oostduinen, 03 mei 2025

Strandplevier (Anarhynchus alexandrinus)

Oostduinen, 03 mei 2025

Vorkstaartplevier (Glareola pratincola)

Itteren, 04 mei 2025

Zomertortel (Streptopelia turtur)

Oostduinen, 03 mei 2025

En het lange weekend was nog niet voorbij! 's Middags kwamen vrienden op bezoek, dus we rommelden thuis wat aan en regelden het huishouden. De piep zij 'Vorkstaartplevier (Glareola pratincola)'. Bij Itteren. Bijna bij mij ouders. Misschien kwam het omdat ik de soort al drie keer eerder miste, misschien omdat rijden naar Limburg voelt als rijden naar huis, misschien omdat een bezoek aan mijn ouders er echt niet in zou zitten, misschien omdat het net wel, net niet zou passen met het bezoek, maar de eerste gedachte was: ik ga toch geen uur en drie kwartier rijden voor Vorkstaartplevier? De tweede gedachte was: ben je gek geworden? Vorkstaartplevier! De derde: laat ik het thuisfront eens vragen.

Binnen vijf minuten zat ik in de auto. Op weg naar Itteren. De weg bekend. Zelfs de laatste paar kilometers. Onderweg geen bericht over de vogel. Geen bericht, goed bericht!?! Bij aankomst zat de vogel rustig klaar op een eilandje in de Grensmaas. De Grensmaas stemde wat verdrietig: autobanden, kapotte droger, plastic, stukken lood en gresbuis. Waarom doen we onszelf dat toch aan? Niet té moeilijk toch om je afval via de vele daarvoor geëigende wegen te (laten) verwerken? Uit België kan het bijna niet komen, want er staat een serieuze sluis op de grens.

Maar de Vorkstaartplevier was geweldig! Vier keer scheepsrecht! Ik had niet de rust in mijn lijf - bezoek - om te wachten totdat ik de werkelijk doorslaggevende kenmerken te zien kreeg. Die had ik op een foto van de ontdekker al gezien, dacht ik dan maar. De vogel zat nu eenmaal rustig. Het zij hem gegund. Thuis, het bezoek was er net iets later dan ik, kwam het bericht dat de vogel was opgevlogen om (die dag) niet meer terug te komen. Dankbaar en tevreden.