Rupsje-Nooit-Genoeg

Gepubliceerd op 11 oktober 2021 om 22:49

Na de stroom aan zeldzaamheden die ik de afgelopen dagen mocht zien omdat de dingen gewoon lekker bij elkaar kwamen was mijn verwachting dat het een tijdje op zou zijn. Een gezonde dosis geluk heeft deze hobby nodig en geluk, voor zover het bestaat, is in ieder geval spreekwoordelijk eindig. En met Balkanbergfluiter (Phylloscopus orientalis), Schreeuwarend (Clanga pomarina) én Alpengierzwaluw (Tachymarptis melba) in een tijdbestek van een paar dagen voelde ik mij zéér verwend!

Maar de zeldzaamheden bleven binnen stromen! Drie dagen na de Alpengierzwaluw wordt op de Maasvlakte in het fameuze stuk Nieuw stuifdijk - Luzerneveld een Aziatische roodborsttapuit (Saxicola maurus) gemeld. Die soort wilde ik al een tijdje in levende lijven zien, maar tot nu toe kwamen de dingen net níet bij elkaar. Ofwel: in de auto naar de Maasvlakte. Het is altijd spannend: blijft de vogel hangen? Zal hij zich een beetje laten zien? Goed genoeg om de kenmerken ook echt zelf te zien?

De vogel had er zin in. Direct bij aankomst, na beklimmen van de dijk in beeld en daar eigenlijk nooit uit weg geweest, totdat ik weer vertrok. Telkens bovenin de struikjes op zoek naar insecten, soms biddend. Snel, alert, behendig. Het was niet moeilijk om de lichte, ongevlekte stuit te zien. Zonnetje erop. Wensloos gelukkig. Nou ja...bijna.

Aziatische roodborsttapuit (Saxicola maurus), Maasvlakte

Je zou bijna hopen dat het met mij net zo goed afloopt als met Rupsje-Nooit-Genoeg, mocht ik het in mij hebben. Want het bezoek aan de Aziatische roodborsttapuit duurde korter dan ik had bedoeld. Onderweg kwam namelijk het bericht dat bij Amersfoort een Raddes boszanger (Phylloscopus schwarzi) was ontdekt.

Raddes boszanger! Ook zo'n droomsoort. Eigenlijk staat hij al jaren op de "zelf ontdek-lijst". Kortom: het is een soort die ik al jaren graag zelf wil vinden, bij voorkeur op een eiland. Dat lukt nog bijzonder matig tot op heden en ook voor deze soort kwamen de dingen tot nu toe nooit bij elkaar. Dus toen het bericht door kwam, besloot ik uiteindelijk om maar door te rijden naar Amersfoort om ook de Raddes boszanger te proberen.

Bij aankomst zakte de moed mij even in de schoenen: het park blijkt een eindeloze aaneenrijging van hondenuitlaatveldjes omzoomt door dicht braamstruweel. Voor een vogel die doorgaans niet uit de dekking komt is dat ideaal, voor de vogelaar die hem graag wil zien minder. Het geluid dat ik heb geprobeerd te leren maar dus nog nooit in het echt hoorde had ik onderweg weer op staan in de auto. Dat zou moeten helpen.

Verbazingwekkend genoeg was het vrij snel "prijs": een voorbijvliegende warm gele kont. Dat kan niet veel anders zijn, maar beter zien of óók horen zou natuurlijk mooi zijn (Rupsje...). Na een tijdje niets gezien of gehoord te hebben, merkt iemand het kenmerkende geluid achter ons op. In, jawel, de rand van een braamstruweel. Het "tikken" gaat gepaard met bewegende blaadjes, takjes en grassprieten: de vogel zit echt aan de rand, maar volledig in de dekking. Niet veel later springt de Raddes boszanger tóch tevoorschijn en blijft een tijdje zitten op een overhangend braamtakje. Dat moment gebruik ik om de vogel goed te bekijken. Om te zien dat de oogstreep echt opvalt, ver doorloopt, achter het oog het duidelijkst is. Om te zien dat de pootjes echt schattig licht zijn. Als de vogel weer het struweel in duikt, zie ik andermaal, nu beter, de warm gele onderstaart. Heerlijk. Beter dan gedacht. Veel beter. Ik besluit nog even te wachten "voor de foto" maar zo goed als daarnet laat de vogel zich niet meer zien.

Omdat ik géén zin heb in file besluit ik te vertrekken. Te vertrekken met twee (!) lifers in de pocket, waarvan ik er één al een hele tijd zocht. Dat blijft zo, trouwens: ik zou heel graag ook zelf een Raddes boszanger vinden. Daar gaan we dus ook mee door, zij het nu met minder ervaren urgentie. Zou zo nog eens kunnen helpen!

Raddes boszanger (Phylloscopus schwarzi), Amersfoort (compilatie)

Daags na de Raddes boszanger is het tijd voor een weekend Texel! Dutch Birding Weekend ook, traditioneel op Texel. Alles kan (altijd en overal), dus je weet het nooit. De ambitie voor nieuwe soorten op de Texel-lijst is er altijd. De hoop was dat Zwarte ibis (Plegadis falcinellus) deze keer wél zou lukken. Bij mijn laatste bezoek op Texel had ik een hoger standpunt in de gaten gekregen van waaruit De Petten beter te overzien zijn. Dat hielp. Zwarte ibis was zo'n beetje de eerste soort die we zagen.

De rest van het weekend proberen we al wandelend vogels te vinden en besteden we veel tijd aan kijken over zee. We vonden verrassend veel Alken (Alca torda), Zeekoeten (Uria aalge), Roodkeelduikers (Gavia stellata) en Kleine jagers (Stercorarius parasiticus), naast Grijze (Halichoerus grypus) en Gewone zeehonden (Phoca vitulina). En dat alles zonder van het strand te waaien, te vriezen of te regenen! Al wandelend komen we tot 88 soorten, zonder bijvoorbeeld bos aan te doen.

Qua zeldzaamheden gebeurde er weinig. Wat voorafgaand aan het weekend al was ontdekt, was vertrokken en de beste soorten werden vrijdag al gevonden op Schiermonnikoog en de Maasvlakte (ja, inderdaad, daar was ik net nog. Kan verkeren tijdens de trek): Amerikaanse zee-eend (Melanitta americana) en Swinhoes boszanger (Phylloscopus plumbeitarsus). Dat de zeldzaamheden elders zaten was te merken: zaterdag was het ineens een stukje minder druk op het eiland.

Highlight voor mij was een Strandplevier (Charadrius alexandrinus), die zijn naam eer aan deed. Niet direct een soort waar je over struikelt en bovendien ook nieuw voor de Texel-lijst. Hij of zij zat op een zandbankje net voor de branding en leek werkelijk uit de lucht gevallen, niet voornemens om die dag ook nog maar een vleugel uit te steken! Die indruk wekten ook enkele van de uit zee aankomende Tjiftjaffen (Phylloscopus collybita) en Roodborsten (Erithacus rubecula), die bijna letterlijk op het eerste duin neer ploften. Lange reis geweest...

Toen we na de Strandplevier uitgebreid bekeken te hebben rustig bourgondische bitterbalen bestelden werd een Roodhalsgans (Branta ruficollis) op het eiland gevonden. Ook nieuw voor de Texel-lijst. Zonder haast pakten we die in het tegenlicht ook mee, al was door de afstand en het tegenlicht niet te zien of de vogel ongeringd was.

Strandplevier (Charadrius alexandrinus), Texel

Het was heerlijk op Texel. Echt. Maar ongewild bleef de Swinhoes boszanger toch aandacht vragen. Misschien omdat ik hem in 2013 miste toen ik even over was uit Finland. Misschien omdat ik een klap van de molen heb gehad. Misschien allebei. Wie zal het zeggen. Toen de vogel zondagochtend weer werd gemeld, kreeg Rupsje-Nooit-Genoeg trek. We besloten om op de weg naar huis alsnog de Maasvlakte aan te doen in een poging om ook de Swinhoes boszanger nog aan de lange lijst nieuwe soorten toe te voegen.

Hoewel we bij aankomst zeker niet de enige waren, had ik in mijn hoofd het scenario dat ik er veel tijd mee kwijt zou zijn. De kenmerken die de soort onderscheiden van zijn tweelingbroer Grauwe fitis (Phylloscopus trochiloides) zijn wat mij betreft erg subtiel. Twee vleugelstrepen, om mee te beginnen. Maar die kán Grauwe fitis ook laten zien... . Dan is het zaak om de breedte en de lengte van de tweede vleugelstreep goed te zien. Die moet breed zijn (breder dan de tarsus) en lang (tot op de schouder). Omdat de gemiddelde "phylloscopus" erg beweeglijk is en zich graag ophoudt in allerlei dichte begroeiing (denk aan de Raddes boszanger van hiervoor) hoeft dat geen sinecure te zijn.

Hoe anders ging het weer! Koud een minuut na aankomst zag ik de bewegende takjes die de Swinhoes boszanger verraden en niet lang daarna had ik hem een tijdje fantastisch in de kijker! Ruim voldoende om inderdaad te zien dat er twee vleugelstrepen waren en dat de tweede vleugelstreep doorliep tot op de schouder en erg goed zichtbaar was (breed).

De kant die de vogel op ging leidde naar het einde van de bosschage, waardoor ik hem terug verwachte. En inderdaad. Nog geen vijf minuten later zat hij pontificaal, vrij in beeld en had ik intussen de camera klaar! Voor mijn doen fantastische platen. Dat wil zeggen: ik ben er zelf nogal blij mee. Ook omdat de kenmerken er zo mooi op staan! Dat lukt me niet elke dag.

In minder dan 10 minuten had ik de soort beter gezien dan ik ooit had gedacht. Dat liet tijd om de drukte te verlaten voor een sneller dan verwacht weerzien met de Aziatische roodborsttapuit, die nog steeds op minder dan 100 meter afstand van de Swinhoes boszanger aanwezig was. Al moest ze (het is wat mij betreft een vrouwtje) het nu wel met minder aandacht doen. Op haar gedrag leek dat geen invloed te hebben. Nog steeds fanatiek jagend vanuit de toppen van de struiken, nu zelfs open en bloot het bitumen op de dijk meenemend en zich niks gelegen laten liggend aan de mensen die wél nog even kwamen kijken!

Swinhoes boszanger (Phylloscopus plumbeitarsus), Maasvlakte

In krap 14 dagen zes nieuwe soorten op de Nederlandse lijst... Had iemand mij dat verteld eind 2020, begin 2021, had ik hem of haar waarschijnlijk wat meewarig aangekeken. Dat laat maar weer zien: uitzonderingen bevestigen de regel. Want soms, heel soms, zijn dingen die te mooi lijken om waar te zijn, gewoon waar! En als geluk in kleine beetjes komt en eindig is....zal herhaling nog wel even duren! Net zoals het even duurt om van rups via pop naar vlinder te komen.

Zwarte ibis (Plegadis falcinellus), Texel

Strandleeuwerik (Eremophila alpestris), Texel